“Vanaf mijn geboorte ben ik al nierpatiënt. Door een ziekenhuisswitch kwam ik in het WKZ terecht. Ik had me geen beter kinderziekenhuis kunnen wensen. De sfeer voelt prettig aan als je het ziekenhuis binnenstapt. Elke afdeling heeft een naam van een dier gekregen. Je vergeet nooit meer van je leven op welke afdelingen je hebt gelegen. Van dolfijn tot aan giraf, als je het me vraagt dreun ik het zo op.
Het personeel is meegaand en vriendelijk. Goed voor de ouders en goed voor het kind. Petje af voor alle verpleegkundige die een dubbelrol hebben op de werkvloer. Namelijk de rol van verpleegkundige maar daarnaast net zo hard de rol van moeder. Want de persoonlijke zorg voor een kind is onmisbaar.
Met zo goed mogelijke zorg en vermaak voor kinderen probeert het WKZ je verblijf zo aangenaam mogelijk te maken. Waar de WKZ-school flink zijn best doet om elk kind te voorzien van onderwijs, vermaakt een pedagogisch medewerker je met spelletjes of knutsel activiteiten. Een restaurant waar je even snel wat kan eten zorgt ervoor dat je weer energie krijgt om de rest van de tijd naast je kind aan het bed te zitten.
Naast de pijnlijke herinneringen van moeilijke tijden die ik er heb meegemaakt, zijn er ook de fijne herinneringen. Verpleegkundigen die hun nachtronde doen en zien dat je wakker bent, komen bij je zitten. Hoe oud je ook bent, zelfs op schoot zitten is geen probleem. Met veel toewijding, kennis en liefde voor het vak werkt het personeel mee aan het herstel van het kind. Natuurlijk vergeet ik de vriendschappen niet die ik heb gesloten tijdens mijn verblijven.
Echt afscheid nemen kan ik niet van het WKZ. Af en toe als ik een controle heb in het AZU loop ik toch even snel naar binnen bij het WKZ. Dan kijk ik of ik een bekende zie, maak een praatje en ben weer weg. Zij zijn weer op de hoogte van hoe het met mij gaat en ik kan controleren of mijn ziekenhuisje nog steeds hetzelfde is.
Nu met mijn 20 lentes jong merk ik dat het goed is om de overstap naar het AZU te maken. Afscheid te nemen van het kinderziekenhuis als patiënt. Ik ben te oud geworden voor een kinderziekenhuis. Kinderen spelend op de poli nefrologie, daar hoor ik niet meer tussen. Wie weet tot over een paar jaar, als ik mijn diploma verpleegkunde op zak heb.
Bedankt voor alle jaren dat jullie voor mij hebben gezorgd en voor de steun en begeleiding die jullie mij hebben gegeven in tijden dat het minder ging. Maar vooral voor de goede herinneringen die ik aan het WKZ heb overgehouden.”